Gebruik tijdens het maken van opnamen in S-Log de beeldprofielvoorkeuze PP7, PP8 of PP9.
De voorkeuze PP7 combineert S-Gamut en S-log2, terwijl PP8 S-gamut3.Cine/S-Log3 is en PP9 S-Gamut3/S-log3. Selecteer hier PP7 (S-Gamut/S-Log2) en laat de vooraf ingestelde gegevens zoals ze zijn. Een onderscheidend kenmerk van dit beeldprofiel, dat is bedoeld voor toekomstige kleurgradatie, is een gamma dat breed genoeg is voor filmproductie.
MENU → (Camera- instellingen) → [Beeldprofiel] → gewenste instelling.
Vaak voldoen kleurbereiken die worden gebruikt in professionele video-toepassingen aan ITU-R BT.709 (Rec. 709), gecreëerd voor HDTV. Dit wordt hieronder geïllustreerd.
Hier staat de gebogen kleurruimte voor het bereik van het menselijk gezichtsvermogen. Het kleurbereik van Rec. 709 is veel smaller. Het is daarentegen heel eenvoudig te waarderen hoe veel breder de S-kleurbereiken in opnamen met S-Log zijn.
Bij weergave op een scherm dat is ontworpen voor Rec. 709, ontbreekt er contrast in Log-video omdat het scherm niet het volledige kleurbereik kan weergeven.
Het ITU-R BT.2020 kleurbereik aangegeven in groen kan worden gereproduceerd door 4K-apparatuur. Dit toont aan hoeveel breder uw creatieve palet is in 4K dan in HD.
Optimale weergave van Log-video op Rec. 709-schermen vereist kleurgradatie wanneer u opzoektabellen (LUT's) gebruikt. Deze conversie prepareert het materiaal voor weergave op Rec. 709-schermen.
In tegenstelling tot 1D LUT's, die hoofdzakelijk de luminantie aanpassen, regelen 3D-LUT's de kleurtint, verzadiging en helderheid van elke RGB-kleur. LUT's vereenvoudigen kleurgradatie, omdat zonder deze LUT's, instant S-Log videoweergave passend bij het kleurbereik van Rec. 709-schermen moeilijk zou zijn wanneer u tooncurven, tint, verzadiging en andere details tweedimensionaal aanpast.
Wanneer ILCE-1/ILCE-7SM3 bewegende beelden heeft opgenomen in het [S-Log3]-gamma en S-Gamut3.Cine onder Kleurmodus of S-Gamut3 onder Kleurmodus, kunt u deze LUT gebruiken.
Als u S-Log-video eenvoudiger wilt kunnen controleren op een Rec. 709-scherm tijdens het maken van opnamen, gebruikt u de hulpfunctie Gammaweergave om LUT's toe te passen. Het contrast van de weergave in de zoeker en op de monitor ziet eruit alsof u geen opnamen maakt in S-Log. Op deze manier maakt de hulpfunctie Gammaweergave nauwkeurig camerawerk mogelijk, of u nou onderwerpen controleert of de scherpstelling aanpast.
U kunt ook profiteren van LUT-compatibele externe monitoren, die nu gangbaarder zijn.
Deze video introduceert het maken van opnamen in S-Log en toont aan hoe effectief dit kan zijn.
Klik op het -icoontje (Instellingen) om ondertitels te vinden die in uw taal zijn vertaald.
Bij het maken van opnamen in S-Log, kunt u kiezen tussen S-Log2 of S-log3. Kleuren worden verschillend weergegeven, afhankelijk van uw keuze, dus gebruik de juiste optie voor uw workflow.
In deze video kunt u zien hoe S-Log2-kleuren verschillen van die van S-log3.
Klik op het -icoontje (Instellingen) om ondertitels te vinden die in uw taal zijn vertaald.