Bij gebruik van een lens die rechtstreeks op de camera is bevestigd：

• Wanneer je de instelling van de irisring schakelt tussen automatische en handmatige irismodus, kan de weergave op het scherm (LCD-monitor, zoeker) gedurende een korte seconde lang knipperen en kan de scherpstelstand worden gereset
• Wanneer de irisring is ingesteld in de handmatige irismodus, worden het lensmodel en de max. diafragma van de Exif niet correct opgenomen.
• Wanneer de Belichtingsstap van de camera is ingesteld op 0,5 stopbasis, terwijl de irisring van de lens is ingesteld op 0,3 stopbasis, worden de weergave op het scherm (LCD-monitor/zoeker) en Exif opgenomen op 0,5 stopbasis, en deze kunnen verschillen van de eigenlijke diafragmawaarde.
• Wanneer de irisring is ingesteld op de handmatige irismodus, wordt de diafragmawaarde ingesteld op de waarde die de irisring aangeeft, ongeacht de belichtingsmodus.
• Wanneer je de instelling van de irisring schakelt tussen automatische en handmatige irismodus tijdens het opnemen van films, zal de opname worden stopgezet.
• Als je de irisring draait, wordt de tijd voor de energiebesparing niet verlengd.
• Wanneer de irisring in de handmatige modus staat, werkt de Background Defocus Control (Regeling van de achtergrond-defocus) in Photo Creativity (Fotocreativiteit) niet correct, terwijl de weergave op het scherm normaal is.
• Wanneer de irisring in de handmatige modus staat, wordt de diafragmawaarde niet correct geregistreerd wanneer je de instellingen registreert met de geheugenfunctie.
• De namen van Exif-lenzen worden niet correct opgenomen. Update de systeemsoftware van de camera naar versie 3.10 of hoger om zeker te zijn van een correcte weergave.