Een productbeoordeling opnemen

[Productpresentat.] is handig wanneer u wilt scherpstellen op een onderwerp dicht bij de camera, zoals bij het opnemen van bewegende beelden voor productbeoordelingen.

[Gez.-/og.prior. in AF] en [SteadyShot] zijn beide vergrendeld op [Uit] wanneer [Productpresentat.] is ingesteld op [Aan].

Hieronder volgen de opname-instructies voor het veranderen van de camera-instellingen voordat u bewegende beelden opneemt met behulp van [Productpresentat.] zodat de camera automatisch scherpstelt op u of het product wanneer u bewegende beelden opneemt voor een productbeoordeling.

Helpgids voor deze camera

De camera instellen

  1. Eigen toets

    Selecteer MENU → (Camera- instellingen2) → [Eigen toets] → wijs [Productpresentat.] toe aan de gewenste knop.

    * In de standaardinstellingen is [Productpresentat.] toegewezen aan de C2-knop.

  2. [Opn.modus]

    MODE (functie)-knop → selecteer (Slim automatisch) of (Film) en druk daarna op het midden van het bedieningswiel.
    Als u (Film) hebt geselecteerd, selecteert u [Belichtingsmodus] → gewenste instelling.

  3. [Scherpstelfunctie]

    MENU → (Camera- instellingen1) → [Scherpstelfunctie] → [AF-C].

Helpgids voor deze camera

Hint

U kunt instellen of de camera de helderheid meet op basis van de gedetecteerde gezichten of niet.

Helpgids voor deze camera

U kunt effecten instellen die de huid van het onderwerp bijwerken om deze egaler te laten lijken nadat een gezicht is gedetecteerd.

Helpgids voor deze camera

Gids voor het gebruik van de camera

Hieronder volgen de opname-instructies voor wanneer [Opn.modus] is ingesteld op (Slim automatisch).

Opname-instructies

  1. [Productpresentat.] instellen

    Druk op de customknop waaraan [Productpresentat.] is toegewezen om deze in te stellen op [Aan].

    • De functie schakelt om tussen [Aan] en [Uit] elke keer wanneer u op de customknop drukt.
    • De instellingen voor [Productpresentat.] kunnen niet worden veranderd tijdens het opnemen van bewegende beelden.

  2. De positie instellen waarop u wilt scherpstellen

    Hieronder volgen de instructies voor wanneer [Scherpstelgebied] is ingesteld op [Zone].
    Selecteer MENU → (Camera- instellingen1) → [Scherpstelgebied] → [Zone].

    Verplaats het [Zone]-scherpstelkader naar de positie waarop u wilt scherpstellen met behulp van de boven-/onder-/linker-/rechterkant van het bedieningswiel en druk op het midden om te bevestigen.

    Verplaats het scherpstelkader met behulp van het bedieningswiel.

    Bevestig de positie.

  3. De camera voorbereiden

    Open de monitor dwars op de camera en richt deze naar voren.

    Aangezien [SteadyShot] is ingesteld op [Uit] gebruikt u een statief of iets dergelijks om de camera te stabiliseren.

  4. De kijkhoek van tevoren controleren

    Gebruik de W/T-(zoom)knop om de kijkhoek in te stellen, en pas daarbij het scherpstelkader aan zodat het onderwerp erin past, en verzeker u ervan dat het onderwerp is scherpgesteld.

    De beoordelaar is scherpgesteld.

    Het product is scherpgesteld.

  5. Bewegende beelden opnemen

    Druk op de MOVIE-knop om het opnemen te starten.

    • Druk nogmaals op de MOVIE-knop om het opnemen te stoppen.
    • Stel na het opnemen [Productpresentat.] in op [Uit] aangezien [SteadyShot] is vergrendeld op [Uit].

    Hint

    • U kunt het opnemen van bewegende beelden op afstand in-/uitschakelen met behulp van de afstandsbediening RMT-P1BT (los verkrijgbaar).

*De afbeeldingen van het menuscherm op deze webpagina zijn vereenvoudigd voor weergavedoeleinden en geven de werkelijke schermweergave van de camera dus niet exact weer.